1865: Directeur Sitter vertrok in 1865 naar Middelburg. Waar zijn opvolger zich zou vestigen, was een onzekere factor en dat was voor het gemeentebestuur aanleiding bij de minister een verzoekschrift in te dienen voor vestiging van een vast postkantoor op een gemakkelijk bereikbare plaats in het centrum van de stad. Nu gold evenwel de bepaling, dat in gemeenten zonder een vast postkantoor van rijkswege geen postkantoor gebouwd zou worden. In Gorinchem was geen vast postkantoor en het Rijk zou derhalve niet tot de bouw overgaan. Om die bepaling te omzeilen, bood het gemeentebestuur aan voor gemeentelijke rekening een postkantoor te bouwen en dit gebouw dan te verhuren aan het Rijk.
De minister accepteerde het plan, mits de jaarlijkse huurprijs een bedrag van f 400 niet te boven zou gaan. Voor vestiging van het postkantoor was het oog gevallen op de westelijke hoek van de Groenmarkt en de Tinnegietersteeg. Aanvankelijk werd uitgegaan van verbouwing van het daar staande Oliemagazijn, maar weldra bleek afbraak van het bestaande gebouwtje en het ter plaatse bouwen van een nieuw postkantoor voordeliger en aldus geschiedde. Gemeentearchitect C.J. Loeven kreeg de vererende opdracht een postgebouw te ontwerpen voor een zo laag mogelijke prijs en in elk geval beneden een bedrag van f 10.000. Daarin slaagde hij, want de laagste inschrijver bij de openbare aanbesteding was C.J. Verweij met f 8.297 en het was deze plaatselijke timmerman, die de bouw kreeg toegewezen. Het lukte hem het postgebouw in slechts twee maanden onder de kap te krijgen en dat was een knappe prestatie.

Bron