Borrebagh

1648-Vrede van Munster

Haagse postmeester

Den Haag, door Martijn Rip

In Den Haag wordt in 1654 een zekere Adolf Borrebagh als bode vermeld. Al snel kan hij, in verband met het overlijden van de postmeester in juli 1660, diens functie overnemen. Als Haagse postmeester neemt Adolf Borrebagh een belangrijke plek in als het gaat om de ontwikkeling van de posterijen in de Nederlanden. In die tijd vertrouwden de overheden de bezorging van hun brieven toe aan particulieren. Voor enkele stuivers of oortjes brachten de boden, dikwijls onder moeilijke omstandigheden over niet verharde wegen, de brieven op hun bestemming. Dordrecht als zeehaven en Den Haag als administratief centrum waren van oudsher belangrijke steden in het postverkeer in de waterrijke noordelijke Nederlanden.

RAMPJAAR

Borrebagh vervulde zijn ambt in een woelige periode. Zo staat 1672 bekend als het rampjaar. Vier vreemde mogendheden vielen de Nederlanden binnen en ook rond het Binnenhof was het onrustig. Borrebagh was zelf betrokken bij een moordaanslag op raadspensionaris Johan De Witt. Deze wist de aanslag te overleven en Borrebagh moest onderduiken totdat De Witt een paar maanden later – samen met zijn broer Cornelis – op gruwelijke wijze door ‘het gepeupel’ om het leven werd gebracht. De Prins van Oranje garandeerde vervolgens dat Borrebagh weer verder kon met zijn ambt als postmeester.

CONTRACTEN
Klik hier voor download.

Borrebagh staat aan de basis van de postrit tussen Alphen naar Hamont. De Haagse postmeester wist telkens voor hem gunstige contracten af te sluiten en zijn netwerk uit te breiden. Tussen 1679 en 1681 richtte Borrebagh een rit op van Alphen over Gouda naar Hamont. Vanaf 1686 volgden ook Rotterdamse brieven deze route. Een jaar later kreeg Borrebagh ook de postroute van Luik via Hamont naar Holland in handen. Zo bouwde hij in de loop der jaren een flink netwerk op. In 1701 verzorgde hij de posterijen op Zuid-Holland, Maastricht, Overmaas, Aken, Luik en Zeeland.